Anita Dudink stoelmassage en massagetherapie

De belastingdienst betaalt mee

De overheid ziet het belang in van een gezond Nederland. Men ziet graag de kans op beroepsziektes zoals burnout en RSI verkleind worden. De werkgever is wettelijk verantwoordelijk voor het arbeidsrisico van de werknemer. Dat is dan ook de reden dat de kosten van de stoelmassage volledig als bedrijfskosten mogen worden opgevoerd. Ook de B.T.W. mag worden verrekend. De werkgever contracteert en betaalt de stoelmasseur en is dus afnemer van de prestaties. Om die reden heeft hij, op grond van artikel 15 van de Wet op de omzetbelasting 1968, recht op aftrek van voorbelasting.

Deze voorbelasting betreft 21% B.T.W. die over de diensten van de stoelmasseur en de eventuele reiskostendeclaratie betaald wordt. Daarnaast kan de opdrachtgever het gehele factuurbedrag als bedrijfskosten opvoeren (excl. B.T.W.).

Bovenstaande geldt onder bepaalde condities:

  • De opdrachtgever heeft de stoelmassage in een ARBO-plan opgenomen.
  • De massages vinden onder werktijd plaats.
  • De eventuele eigen bijdrage van de werknemer geldt niet als bedrijfskosten.